In 2014 hebben 323 roei(st)ers de sloeproei-enquête ingevuld! Voor de resultaten 2014 klik hier >>

In samenwerking met de Federatie Sloeproeien Nederland vragen wij jullie medewerking aan de sloeproei-enquête 2020! Invullen van de enquête kost maximaal 10 minuutjes tijd. Je kunt anoniem deelnemen, tenzij je kans wilt maken op de gratis 'IK ROEI SLOEP!' of 'IK STUUR SLOEP!' mokken welke we verloten onder de respondenten die hun e-mailadres invullen. Vragen met een * zijn verplicht

De enquête sluit vrijdag 17 januari om 20:00 uur


































































443 roei(st)ers hebben de sloeproei enquête 2020. Er van uit gaande dat er 247 sloepen actief zijn met sloeproeien, met een gemiddeld aantal dollen van 8,1 levert 2248 roei(st)ers & stuurlieden. Veel teams hebben meer leden dan plaatsen in de sloep, dus we nemen aan dat er 20% meer leden dan sloep zijn, waarmee we op 2.698 actieve sloeproei(st)ers komen. Dat betekend dat circa 16% de enquête heeft ingevuld, waarmee het een goed representatief beeld geeft. Ten opzichte van 2014 is de community circa 35% gegroeid! 

Diverse respondenten dachten dat sloeproeienNL en de FSN één en dezelfde organisatie is, wat niet zo is. sloeproeienNL richt zich ook op Pilot-Gigs, St Ayles Skiffs en onze kalender bevat naast de FSN wedstrijden ook nog vele andere wedstrijden. 

 

77% van de respondenten stelt dat sloeproeienNL toegevoegde waarde geeft en maar liefst 23% geeft ons 5 sterren, en 55% geeft ons 4 sterren, waarwoor dank!  

De verhouding man/ vrouw onder de sloeproei(st)ers:

  • Man 64 % (2014: 61%)
  • Vrouw 36% (2014: 39 %)


Sloeproeien is voor jong en oud! Het grootste deel van de sloeproei(st)ers een leeftijd heeft van 40+, ten opzichte van 2014 zijn er meer jonge roei(st)ers, en wat opvalt is dat veel oude roei(st)ers op late leeftijd beginnen met roeien. Er ware vele respondenten van 50+ die pas enkele jaren roeien. Van de respondenten waren er 2 van 16 jaar oud, en 10 van 70+, hiervan 2 van 79 jaar oud! Nog steeds actief met roeien, enkele keren trainen per week en meedoen met 8-10 wedstrijden per jaar! 

  • 15 - 19 jaar 5% (2014: 2 %)
  • 20 - 24 jaar 4 % (2014: 4%)
  • 25 - 29 jaar 6% (2014: 10 %)
  • 30- 34 jaar 6% (2014: 12 %)
  • 35 -39 jaar 11% (2014: 17 %)
  • 40 - 44 jaar 13% (2014: 17 %)
  • 45 - 49 jaar 16% (2014: 18 %)
  • 50-54 jaar 16% 
  • 55 -60 jaar 15% (2014: 50-60 jaar 17 %)
  • > 60 jaar 8% (2014: 3 %)


Verhouding roei(st)ers / stuurman

  • Roei(st)er 93% waarvan 20% roeit en stuurt (2014: 88 %) 
  • Stuurman 7% (2014: 12 %) 


De top-4 provincies met de hoogste sloeproei-dichtheid zijn Friesland, Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland. De top 4 wijkt iets van 2014.

  • Friesland 28% (2014: 20%)
  • Noord-Holland 27 % (2014: 27%)
  • Zuid-Holland 12% (2014: 16 %)
  • Zeeland 8% (2014: 11 %)
  • Overijssel 6% (2014: 9 %)
  • Gelderland 6% (2014: 4%)
  • Flevoland 5% (2014: 6 %)
  • Utrecht 4 % (2014: 4%)
  • Groningen 2,7% (2014: 0,3 %)
  • Noord-Brabant 2% (2014: 1,8 %)
  • Drenthe 0,7% (2014: 0,3 %)
  • Limburg 0,7% (2014: 0,3 %)


Het grootste gedeelte van de sloeproei(st)ers roeit inmiddels 6 tot 9 jaar, sommigen roeien al meer dan 40 jaar! Hier zijn nauwelijks wijzigingen tov 2014

  • < 1 jaar: 2%
  • Roeit 1 - 2 jaar 14% (2014: 15 %)
  • 3 - 5 jaar 25% (2014: 26 %)
  • 6 - 9 jaar 19% (2014: 23 %)
  • 10 -14 jaar 16% (2014: 19 %)
  • 15 - 19 jaar 10% (2014: 9 %)
  • 20 - 29 jaar 10% (2014: 6 %)
  • 30 - 39 jaar 5% (2014: 1 %)
  • > 40 jaar 1 % (2014: 1%)


Hoe vaak train je per week?

  • < 1 x per week 2%
  • 1 x per week 21% (2014: 28 %)
  • 1 tot 2 x per week 7 % (2014: 7%)
  • 2 x per week 49% (2014: 53 %)
  • 2 tot 3 x per week 7% (2014: 6 %)
  • 3 x per week 13% (2014: 6 %)
  • > 3 x per week 1 % (2014: 1%)


Waarom ben je gaan sloeproeien? (meerdere antwoorden mogelijk)

  • Omdat dit een buitensport op het water is 68%
  • Omdat dit een teamsport is 56% 
  • Besmet door vrienden / familie 48%
  • Voor de gezelligheid 31%
  • (Zeevaart)school 16%
  • Overig 11 %


Het overgrote deel van de roei(st)ers roeien 5 tot 10 wedstrijden per jaar, enkelen roeien jaarlijks zelfs meer dan 14 wedstrijden! Ten opzichte van 2014 is het aantal roei(t)ers welke meer dan 10 wedstrijden roeien fors gestegen. 

  • 0 wedstrijden 4% (2014: 1 %)
  • 1 tot 2 wedstrijden 3% (2014: 4 %)
  • 3 tot 4 wedstrijden 11% (2014: 6 %)
  • 5 tot 7 wedstrijden 36% (2014: 37 %)
  • 8 tot 9 wedstrijden 21% (2014: 8-10 wedstrijden 38 %)
  • 10 tot 14 wedstrijden 21% (2014: 12 %)
  • > 14 wedstrijden 4% (2014: 1 %)


1 op de 5 sloeproei(st)ers geeft aan zeer fanatiek met de sport bezig te zijn, het grootste gedeelte noemt zichzelf fanatiek of redelijk fanatiek. 

  • Recreatief sloeproei(st)er 10% (2014: 9 %)
  • Redelijk fanatiek 28% (2014: 38 %)
  • Fanatiek 42% (2014: 34 %)
  • Zeer fanatiek 20% (2014: 19 %)


Één op de drie sloeproei(st)ers kan op beide boorden roeien, de overigen hebben voorkeur voor één boord. Een kwart van de stuurlieden roeit ook, slecht 4 % stuurt alleen. Één op de 10 roei(st)ers is multi-inzetbaar en kan op iedere positie roeien

  • Alleen sturen 7% (2014: 4 %)
  • Alleen roeien 71 % (2014: 71%)
  • Sturen en roeien 22% (2014: 25 %)
  • BB roei(st)er 21% (2014: 30 %)
  • SB roei(st)er 21% (2014: 34 %)
  • BB & SB roei(st)er 30% (2014: 32 %)


Het imago van onze sport volgens de sloeproei(st)ers zelf

  • Sport voor iedereen 63% (2014: 40 %)
  • Sport voor fanatieke roei(st)ers 13% (2014: 31 %)
  • Sport voor zeevaartschool leerlingen / anders 8% (2014: 2 %)
  • Duursport, vergelijkbaar met marathon lopen 16% (2014: 26 %)

 

De meesten van ons trainen door in de winter. Dus een echte winterrace is wellicht een optie?

  • Traint door in de winter 54% (2014: 60 %)
  • Traint niet door in de winter 46% (2014: 40 %)


Het grootste gedeelte van de sloeproei(st)ers heeft (behalve blaren) nog nooit blessures gehad. De meeste blessures komen voor aan schouders, rug, armen, ellebogen maar ook liesblessures komen voor. Het percentage niet blessures is gestegen ten opzicht van 2014, maar liefst 70% van de roei(st)ers heeft nog nooit een blessure gehad! Hiermee is sloeproeien een sport met lage kans op blessures, vergeleken met oa voetbal, tennis, hardlopen etc. 

  • Geen blessures 70% (2014: 60 %)
  • Van de 30% roei(st)ers met klachten is de verdeling als volgt;
    • Ellenboog / schouder blessure / nek 47%
    • Rugklachten 25%
    • Liesklachten 7%
    • Verrek / gescheurd spiertje 5%
    • Overig (hand/pols/incidenten) 16%


De klassiekers onder de wedstrijden zijn ook voor bijna iedereen de favoriete wedstrijden. Ruim de helft van de respondenten vinden HT en Grachtenrace A'dam favoriet! Ten opzichte van 2014 is een verschuiving te zien, de top 3 favorieten zijn minder favoriet geworden, er is meer spreiding over de andere wedstrijden. 

  1. Harlingen - Terschelling 47% (2014: 56 %)
  2. Grachtenrace Amsterdam 24% (2014: 52 %)
  3. Muiden Pampus Muiden 14% (2014: 37 %)
  4. Ik roei (nog) geen wedstrijden / geen mening 6%
  5. Veerse Meer Race 5% (2014: 11 %)
  6. Zwolse Grachtenrace 4% (2014: 11 %)

 

35% (2014: 59 %) van de respondenten gaf aan dat er wat hen betreft geen wedstrijden moeten verdwijnen van de kalender. De overige 41 % heeft één of meerdere wedstrijden genoemd die van de kalender zouden mogen, waarbij de Maasrace het meest werd genoemd. Maar ook de HT werd net als in 2014 door 3 % van de respondenten genoemd, vanwege het feit dat deze race niet door sloepen zonder HT nummer geroeid mag worden. De lange, ééntonige wedstrijden op open water gelden als minst favoriet. 


82% van ons geeft aan dat de kalender prima is zo. Van de overigen valt vooral op dat veel de kalender erg vol vinden, en de verdeling van de FSN wedstrijden was in 2019 niet ideaal. 10% vraagt om betere spreiding, en 6% geeft aan dat er nooit meer dan één wedstrijd op dezelfde datum zou moeten zijn. 

  • Prima! 82% (2014: 52 %)
  • (veel) te veel 14% (2014: 2014: 7 %
  • (veel te weinig) 4% 

 

Veel genoemde tips voor een te organiseren wedstrijd;

  • Wedstrijden op open zee, 'eiland hoppen', terugkeer Lutinerace Terschelling-Vlieland, Den Helder-Texel, rondje Texel, IJmuiden-Scheveningen
  • Rivierwedstrijden; Rijn/Waal/IJssel
  • Oversteek IJsselmeer 
  • Een 2e HT voor sloepen welke nu de HT niet kunnen roeien
  • 11-steden sloeproeitocht
  • Sprintraces 
  • Afsluiting seizoen open voor onbeperkt aantal inschrijvingen

 

Er kwamen weer veel tips voor de kalender. Meer dan 40% van de respondenten zouden wel een wedstrijd op open zee willen, maar ook de terugkeer van sprintwedstrijden of een ultrarace zee werden vaak genoemd. Hier waren meerdere antwoorden mogelijk. 

  • Wedstrijd op open zee 41%
  • Sprintwedstrijd in één type sloep 25%
  • Ultrarace / 24 uurs race, al dan niet in estafettevorm 24%
  • Wedstrijd in de winter 18%

 

De naamsbekendheid van de FSN is gestegen ten opzichte van 2014. Ook het percentage roei(st)ers welke voor het klassement roeien is gestegen. Ook de bekendheid met de sleepmethodiek is gestegen. Bij de mening over de sleepmethodiek zijn er fors meer roei(st)ers zonder mening, echter het aantal roei(st)ers welke de methodiek onjuist vinden is gedaald tot 11%. Bijna 90% van de roei(st)ers staat dus neutraal of positief tov de sleepmethodiek!

Bekend met de Federatie Sloeproeien Nederland?

  • Ja 94% (2014: 92 %)
  • Nee 6% (2014: 8 %)


Roei je voor het FSN Klassement?

  • Ja 82% (2014: 70 %)
  • Nee 18% (2014: 30 %)


Bekend met de FSN sleepmethodiek?

  • Ja 60% (2014: 48 %)
  • Een beetje 34% (2014: 46 %)
  • Nee 6 % (2014: 6%)


Mening over sleepmethodiek

  • De methode is juist 13% (2014: 21 %)
  • De basis is juist, maar verbetering is mogelijk/noodzakelijk 50% (2014: 51 %)
  • De methode is niet juist, er moet een hele nieuwe komen 11% (2014: 17 %)
  • Geen mening 26% (2014: 10 %)


Hoe belangrijk is het FSN klassement?

  • Onbelangrijk, ik roei voor de lol/recreatief 14% (2014: 20 %)
  • Redelijk belangrijk 27% (2014: 36 %)
  • Belangrijk, zonder competitie is het niet leuk 37% (2014: 25 %)
  • Zeer belangrijk, een must voor de sport! 16 % (2014: 16%)
  • Geen mening 5% (2014: 3 %)

 

Als laatste onderdeel hebben we naar de bekendheid / gebruik van websites en Social media gevraagd, dit waren extra vragen ten opzichte van 2014

 

Ik ken / bezoek de volgende websites

 

Ik ken en/of bezoek de volgende Social Media